KU Leuven: "Zwemmen in zoet water in Zuid-Europa almaar riskanter door opkomst tropische parasiet"
De kans om de tropische infectieziekte Schistosomiase op te lopen in Europa wordt almaar groter. Dat blijkt uit onderzoek van de KU Leuven. De ziekte wordt veroorzaakt door een parasiet die leeft via zoetwaterslakken. Je kan dus besmet raken wanneer je zwemt of speelt in zoet water zoals rivieren, vijvers of meren. De ziekte kom nu bijna alleen voor in Afrika. Maar uit het onderzoek van de KU Leuven blijkt dat door de opwarming van de aarde almaar meer Zuid-Europese landen zoals Frankrijk, Spanje of Italië een klimaat hebben waarin de parasiet kan overleven.
Schistosomiase is een tropische ziekte veroorzaakt door parasitaire platwormen die worden overgedragen door zoetwaterslakken (onder andere Bulinus truncatus). Na malaria is het de meest voorkomende infectieziekte, met jaarlijks wereldwijd meer dan 200 miljoen besmettingen. Mensen raken geïnfecteerd door het baden of zwemmen in besmette zoetwateren zoals rivieren, vijvers en meren. Typische symptomen van de ziekte zijn huiduitslag, bloedarmoede, hevige buikpijn en bloed in de urine of stoelgang, maar onbehandeld kan de ziekte ook leiden tot onvruchtbaarheid, blaaskanker, leverfibrose, of groei en leerachterstand bij jonge kinderen.
Door de klimaatverandering komen steeds meer tropische infectieziekten naar Europa. Zo komt schistosomiase al sinds 2013 voor op het Franse eiland Corsica en recenter ook in het Spaanse Almeria, maar over een eventuele verdere verspreiding tastten we nog in het duister.
Omdat de parasitaire platwormen die schistosomiase veroorzaken de zoetwaterslak nodig hebben als gastheer, onderzochten biologen van KU Leuven, het AfrikaMuseum en de Universiteit van Kopenhagen, de maximum- en minimumtemperaturen waarin deze kunnen overleven. “We stelden vast dat de slakken zich makkelijk kunnen aanpassen aan nieuwe omstandigheden en daardoor makkelijk nieuwe gebieden zoals Europa kunnen koloniseren”, aldus onderzoeker Tim Maes van KU Leuven.
Deze data werden gecombineerd met modellen die het Europese klimaat in de komende eeuw voorspellen om de toekomstige verspreiding van de slak in te schatten. Hieruit blijkt dat het klimaat in grote delen van Spanje, Portugal, Frankrijk, Italië en Griekenland in de loop van de eeuw geschikt zal zijn voor de zoetwaterslakken om te overleven. “Eerder onderzoek toonde al aan dat de parasiet zelf in staat is om in een gematigd klimaat te overleven maar je hebt zowel de slak, parasiet als mens nodig om de infectiecirkel rond te maken. Reizigers die de parasiet vanuit Afrika naar Europa brengen, vormen nu op zich geen probleem maar door de klimaatverandering zullen de drie elementen wél in het Europese klimaat kunnen gedijen en kan de infectie zich verder verspreiden”, legt Tine Huyse van KU Leuven en het AfrikaMuseum uit.